Daarnaast draai ik ook nog een aantal RAS-projecten; Torenvalk, Kerkuil en Steenuil, Hierbij is het de bedoeling zoveel mogelijk broedvogels te controleren. Jaarlijks ring ik tussen de 400 en 600 roofvogels en uilen.
Toen kwam nog vorig jaar het verzoek van de nieuw opgerichte uilenwerkgroep Kampen of ik daar ook zou willen ringen. Nu kun je tegen leuk werk heel slecht nee zeggen maar realiseerde ik mij ook dat het tijd werd om het wat anders te gaan organiseren; meer ringers!
In onze eigen werkgroep draaien Reinier Smabers, Yaco Maestre en Henk Mellema al een tijd mee. En alle drie zijn ze bereid in opleiding te gaan om roofvogels en uilen te ringen. Voor Reinier en Henk zal dat een uitbreiding op hun vergunning worden omdat ze al een ringvergunning voor zangvogels hebben.
Dit voorjaar zijn Yaco en Reinier gestart met de opleiding. Henk is nog niet in de gelegenheid omdat hij nu het eiland Rottemmeroog verdedigd tegen kwade invloeden :) Yaco is de afgelopen jaren al bij heel wat nesten geklommen maar altijd via de ladder, takken, etc. Dit voorjaar heeft hij klimspullen van de WRN in bruikleen gekregen en een klimcursus gevolgd bij Wim Koldewee.
Reinier (boven) en Yaco bij een belangrijk onderdeel van de opleiding; jongen uit nesten halen
De opleiding gaat veel verder dan het omleggen van de ring. Belangrijke onderdelen zijn soortherkenning, geslachtherkenning, broedbiologie, biometrie en het op een goede manier hanteren van de vogels. Daarbij zijn ze er al achter gekomen "groter" niet betekent "lastiger". Zo'n jonge Torenvalk van een week of drie gaat heel anders te keer dan een jonge Havik of Buizerd....
Zes jonge Torenvalkjes in de kast is perfect; ieder drie en uiteraard onder streng toezicht
Het gaat uitstekend met de "studenten" en binnenkort zijn ze klaar voor het examen.
Wat zal ik het dan rustig krijgen :)
Dat is heel erg mooi Jan , ik weet zeker, onder jou toezicht, dat de Ringers, de geringde vogels, met zorg omringen.
BeantwoordenVerwijderen